Leuk plaatjes maken doe je maar met je compact op vakantie.
Hier tien tips om je foto’s interessant te maken
1 Leer het licht lezen
Met fotograferen draait alles om het licht.
Hoe valt het? Hoe intens is het? Waar zitten de schaduwpartijen? Waar zitten de hooglichten?
Allemaal dingen die je je af moet vragen wanneer je ergens gaat fotograferen.
Het licht in de foto creeert je sfeer. Erg belangrijk dus om voor het maken van je foto naar die dingen gekeken te hebben.
Slecht licht verknalt een foto totaal terwijl geweldig licht het sfeertje helemaal maakt.
Door het spel tussen schaduw en licht ligt het accent nog meerr op deze zonnende leeuwin
2 Diepte
Het menselijk oog kan zien in breedte, hoogte en diepte, je camera niet.
Een camera kan de breedte en de hoogte van een situatie weergeven, maar diepte gaat niet.
Beweeg bij het zien van een foto maar eens naar links en rechts; het plaatje blijft gelijk.
Probeer dus de diepte in de foto te brengen door het zorgvuldig uitzoeken van je onderwerpen.
Splits een foto op in 3 lagen; voorgrond, middengebied en achtergrond en ga dat vervolgens invullen. Een onderwerp op de voorgrond kan een schitterende inleiding voor de achtergrond zijn. En het vertelt daarmee iets over de diepte van de foto.
Door de hardloopster met veel groothoek te fotograferen is ze lekker dichtbij. Door haar schaduw wordt je richting achtergrond getrokken om te zien in welke omgeving het is gemaakt
3 Neem de tijd
Probeer niet even snel een plaatje te maken. Het werkt niet.
Als je de tijd voor iets neemt en op je gemak rondwandelt, dan zie je vaak meer als wanneer je naar je favoriete plek rent. Kijk rustig om je heen en geniet van de kleine dingetjes. En als ze echt mooi zijn, maak een foto!
4 Kijk rond
Focus je niet op dat ene wat je wilt vangen.
Er is zoveel meer te zien. Kijk om je heen, kijk links, kijk rechts. Maar ook zeker een keer omhoog en een keer achter je.
Wedden dat als je dat doet, dat je veel meer interessante dingen tegenkomt.
5 Zeg me alles
Wanneer je ergens bent, laat dan ook alles zien. Maak gebruik van verschillende soorten foto’s.
Maak er in landschapsmodus, maar ook in portretstand. Werk met groothoek, maar ook met tele. Zoek weidse landschappen, maar kruip er ook een keer in.
Wissel af in je foto’s en je komt met een gevarieerd aanbod thuis.
Als fotograaf ben je bezig met communiceren via de camera. Doe me een lol; zeg me alles!
6 Kader het in
Geen verhaal, simpel een foto, maakt het veel duidelijker.
Door de bomen ligt het accent op de mensen
7 Houd rekening met de achtergrond
Achtergronden maken de foto. Zorg ervoor dat er geen rare dingen uit je onderwerp steken.
Een vlaggemast uit een hoofd is ‘not done’.
Een horizon die dwars door iemands nek loopt, is geen optie
8 Vul het plaatje
Laat zien wat je bedoeld.
Vaak genoeg zie je de foto’s van een tante in de verte voor een mooi gebouw. Leuk, maar het gaat om die tante. Zet haar dan ook in beeld. Loop er naar toe en gebruik wat groothoek om toch de achtergrond vol in beeld te krijgen.
Maar belangrijk; zorg dat je onderwerp goed gevuld in beeld is
9 Houd het plaatje in je hoofd.
Fotografie is niet alleen op het knopje drukken. Ook een stukje nabewerking is essentieel.
Houd daar al rekening mee bij het maken van de foto.
Even ter illustratie een before and after. Hoe ver je gaat, moet je zelf bepalen. Maar ik wist van tevoren dat ik de palen wegkreeg en maakte me daar bij het maken van de foto ook geen zorgen om (Natuurlijk zijn ze bij de publicatie blijven staan
)10 Breek met de regels
Als je de regels kent en kunt toepassen, breek er dan mee.
Fotografie is creatief. Wees het dan ook. Doe anders, doe eens gek. Laat dingen zien vanuit hoeken die we niet verwachten.
Door veel ruimte om het vliegtuigje te laten leg ik nog meer nadruk op dat vliegtuigje
