1. Tipula lunata.
Deze langpootmug heeft blijkbaar geen officiële Nederlandse naam. Het is één van de weinige soorten langpootmuggen die makkelijk te determineren zijn. Niet echt een vondst, want het krioelt ervan. Maar ik vind dit gewoon een mooie foto van dit beestje in een kenmerkende houding en omgeving.
2. Piezodorus lituratus.
Ook deze wants heeft geen Nederlandse naam. Hij lijkt op een groene stinkwants, maar toen ik hem in de lavendelhaag zag, wist ik haast zeker dat dit een voor mij nieuwe soort was. Altijd leuk.
3. Panorpa vulgaris. Vrouwtje.
Deze schorpioenvlieg tref ik elk jaar in de tuin aan en heb ik dan ook al tientallen keren gefotografeerd. Toch past dit insect wel degelijk in dit reeksje vondsten. Jarenlang heb ik de soort gedetermineerd als de gewone schorpioenvlieg (Panorpa communis). Dat is immers de enige schorpioenvlieg in mijn insectengidsen die erop lijkt. Toen ik op het internet wat meer informatie over de soort zocht, bleek echter dat sedert enkele jaren een vroegere ondersoort nu als een aparte soort wordt beschouwd. Alle schorpioenvliegen die ik ooit in de tuin fotografeerde blijken nu tot die 'nieuwe' soort te behoren. Een beslissend onderscheid is het allereerste zwarte vlekje vanaf de schouders (de wortelvlek). Bij de gewone schorpioenvlieg is die kleiner (slechts één vleugelcel) en meestal ook minder donker. Panorpa vulgaris heeft ook (nog) geen officiële Nederlandse naam.
4. Panorpa vulgaris. Mannetje.
Schorpioenvliegen zijn omnivoor. Ze eten zowel plantaardig als dierlijk voedsel.
5. Muisgrijze kniptor.
Deze kniptor lag op zijn rug te spartelen op een arduinen raamdorpel. Toen ik hem wou omkeren, verstijfde hij. Hij deed alsof hij dood was. Dat leverde deze toch wel aparte foto op. Het geheel doet mij onwillekeurig aan Egyptische sarcofagen en scarabeeën denken. Achteraf kon ik vaststellen (en vastleggen) dat er een barst in zijn dekschilden zat. Eenmaal herrezen, verdween hij in het strooisel van een border.
6. Koperuil.
Deze uil had ik nooit eerder gezien. Geen wonder, want ook al lijkt het beest op de foto een opvallende verschijning te zijn, vanaf meer dan een halve meter zie je niet veel meer dan een verdord, gekruld blad. Geen poot te zien en zelfs de kop lijkt te ontbreken. In de loop van de dag heb ik tientallen foto's van deze vlinder gemaakt. Zelfs wanneer ik hem aanraakte, bleef hij gewoon zitten. Hij verdween pas na zonsondergang.
7. Koperuil.
Detail van de met het blote oog nagenoeg onzichtbare kop.
8. Gewone krabspin.
Dit krabspinnetje kende ik al, maar ik trof nooit eerder een exemplaar met eicocon aan. Die cocon is schijfvormig en vastgemaakt aan de omgebogen aar van een grasstengel. Mijn eerste foto van dit tafereel dateert van 25 juni. Vandaag, vier dagen later, wordt de cocon nog altijd door de spin bewaakt.
9. Harige langsprietwapenvlieg.
Bij de vijver zag ik een bijtje roerloos op een blad zitten. Erg ongewoon gedrag. Wellicht ziek of verkleumd? Bij nader toezien bleek het bijtje echter een kerngezonde vlieg te zijn. Niet één van de talloze op bijen lijkende zweefvliegen, maar een mij onbekende wapenvlieg. Een mooi beestje, vind ik.
10. Harige langsprietwapenvlieg.
Detail van de kop met de mooie ogen. Volgens mijn bronnen is de soort in België zeldzaam. En dat zit dan zomaar in de tuin!
11. Distelgalboorvlieg.
Ook dit kleine, mooie boorvliegje is nieuw voor mij. Zag ik het de voorbije jaren over het hoofd? Ik vermoed van wel, want nu ik weet waarop ik moet letten, tref ik dit vliegje op nagenoeg elke distel in de boomgaard aan, vaak goed verstopt in een bladoksel.
12. Grote trilspin.
Als uitsmijter een grote trilspin met eipakket tussen de kaken. De spin hangt nu al dagenlang samen met haar eitjes aan het plafond van de wc op het gelijkvloers. Jaja, ik weet het, het wordt tijd dat ik de wc eens verf of behang! Deze spinnen komen alleen binnenshuis voor. Er is geen daglicht in de wc en ik beschik niet over goed materiaal om in dergelijke omstandigheden haarscherpe foto's te maken. Bovendien moet ik alles in het geniep doen. Komt mijn teerbeminde echtgenote erachter dat er boven de wc-pot zo'n grote spin hangt, dan is haar laatste uur geslagen (dat van de spin, niet dat van mijn vrouw).
Groet,
Gabriël
.
